Backpacken in Vietnam: onze tips + highlights voor een backpack route door Vietnam

Tips voor backpacken in Vietnam

Vanuit Kep in Cambodja staken wij tijdens onze backpackreis door Zuidoost-Azië de grens over naar Vietnam. Wij reisden in 4 weken tijd van het zuiden richting het noorden van het land. Op onze route kwamen we langs de highlights van Vietnam. 
Vietnam is een langgerekt land en de temperaturen in het noorden liggen een stuk lager dan in het zuiden van het land. Hierdoor is de omgeving van Vietnam heel afwisselend.

Ha Tien

’s Morgens om half 11 vertrok onze bus van van Kep in Cambodja naar Ha Tien in Vietnam.
Toen we bijna bij de grens aan waren gekomen, vonden het allebei heel spannend hoe het zou gaan verlopen.
Wat als ze ons bij de grens zouden weigeren of ons op zouden lichten? Dat soort vragen gingen er door ons hoofd heen.

Aangekomen bij de grensovergang van Cambodja naar Vietnam moesten we onze paspoorten aan de buschauffeur geven. Samen met onze paspoorten ging hij een gebouwtje in.

Ongeveer een kwartier later kwam de buschauffeur weer naar buiten en vertelde hij dat we met onze spullen de bus uit moesten.
Bij een ander gebouw vulden we een formulier in en wachtten we op onze paspoorten. Onze paspoorten lagen blijkbaar al klaar, maar niemand had dit ons verteld.
Ondertussen zagen we onze bus voorbij rijden…

We besloten te gaan lopen, in de veronderstelling dat we onze bus tegen zouden komen. Na een stuk lopen in de brandende zon, kwamen we een man op een scooter tegen die zei dat hij bij de organisatie (Anna/Ana/Anny Tours) hoorde.
De man vertelde ons dat de bus naar de haven was gereden om daar mensen op te halen, dus we moesten weer wachten. 
Uiteindelijk zijn we weer 2 uur onderweg geweest, in plaats van één uur. We waren er inmiddels, een soort van, aan gewend tijdens het backpacken door Zuidoost-Azië.

Ha Tien was onze uitvalsbasis voor het eiland Phu Quoc. Op Phu Quoc zouden we de Kerst gaan doorbrengen.
In de eerste instantie dachten we dat Ha Tien een uitgestorven plek was, maar uiteindelijk vonden we het toch wel een leuke stop.
We hadden inmiddels trek gekregen van de reis, dus besloten bij een lokaal restaurant naar binnen te gaan. Hier hadden ze wel een Engelse menukaart, maar zelf spraken ze geen Engels.
We bestelden een paar Vietnamese gerechten, maar verwachtten er weinig van omdat het zo goedkoop was. Zeker in vergelijking met de prijzen in het buurland Cambodja, waar we net een paar weken hadden gespendeerd.
Niks bleek minder waar te zijn. We kregen een heerlijk gerecht met verse groenten.
We besloten meteen maar om het eten met stokjes te oefenen, want in Vietnam krijg je stokjes bij je maaltijd en soms hebben ze zelfs geen bestek in het restaurant.

Met een volle maag zijn we door Ha Tien gaan wandelen.
We liepen langs de rivier en bezochten een grote lokale markt die uit meerdere gebouwen bestond met elk andere producten.
We haalden kokosijs bij de mobiele ijscoman en Franklin kocht alvast een lokale simkaart.

Toen we terug kwamen bij het hotel stond daar buiten een man. Hij vertelde ons dat hij de eigenaar van het hotel was en dat hij onze boottickets naar Phu Quoc kon regelen en de volgende morgen wilde hij ons ook wel bij de haven brengen.
Gelukkig hadden we nog niet gepind en sloegen we dit aanbod af, want even later herinnerde Franklin  zich een recensie over deze ‘manager’, die niet echt de manager bleek te zijn maar een scam.
Bij de receptie van ons hotel deden we ons verhaal en zij reageerden dat ze de man weg zouden sturen.
Later boekten we bij de receptie van het hotel de echte boot tickets voor de boot naar Phu Quoc.

Phu Quoc

De volgende morgen werden we bij het hotel opgehaald om richting de haven te gaan. Daar aangekomen haalden we een bahn mi (Vietnamees stokbroodje) als ontbijt.
De snelle ferry had ruime stoelen en er hingen tv’s op. We kregen vochtige doekjes en een flesje water.
Het personeel droeg kerstmutsen en er werd kerstmuziek afgespeeld, het voelde al als het begin van de feestdagen!

Toen we in de haven van Phu Quoc aankwamen waren er weer genoeg buschauffeurs die ons naar onze accommodatie wilden brengen.

Whadden een accommodatie geboekt die eigenlijk boven ons budget was, maar omdat we hier de Kerst gingen doorbrengen, gaven we onszelf dit cadeau.
Het ontbijt in buffetvorm was inbegrepen, dus dat compenseerde het naar ons idee weer. Ja, zo ga je denken als je aan het backpacken bent 😉.

In het nabijgelegen dorp waren er verschillende restaurants te vinden. De Vietnamese keuken beviel ons vanaf de eerste dag al goed!
Later die dag liepen we naar Long Beach om een stuk over het strand te wandelen. Op dit strand kom je veel strandtentjes tegen.  

De Kerst spendeerden we door te relaxen aan het zwembad en wat luxer uit eten te gaan: We dineerden op het strand, bestelden een 3-gangen menu en een fles wijn. Heerlijk! Vooral als je dit na een paar maanden backpacken niet meer gewend bent.

Na de feestdagen huurden we een scooter om het eiland te gaan verkennen. We wilden naar een tropisch strand rijden, Bai Sao.
Bai Sao is een mooi strand met helder water, maar niet het allermooiste strand dat we hebben gezien tijdens het backpacken door Zuidoost-Azië.
De restaurants die er zitten vonden wij niet backpacker budget proof.
We kochten er alleen een grote, veel te dure, fles water en gingen ergens op het strand zitten, omringd door afval.

Vervolgens reden we naar een parel kwekerij.
We hadden al gehoord dat deze kwekerij commercieel zou zijn, en dat klopte.
In een bad lagen schelpen in netten en die verplaatsen ze telkens in de hoop dat er parels onder liggen. Verder was er een grote winkel waar er dure sieraden met parels werden verkocht.

De tocht met de ferry terug naar het vaste land was niet zo leuk als de heenreis.
Bij de haven merkten we al dat het hard waaide, waardoor er hoge golven waren.
Er werden spuugzakjes uitgedeeld en de eerste 45 minuten waren we bang dat we zouden kapseizen.
Toen we dichterbij het vaste land kwamen, werden de golven gelukkig wel kalmer.

Onze extra tip voor Phu QuocHeaven was ons favoriete restaurant op het eiland, hier hebben we meerdere keren heel goed gegeten.

Ho Chi Minh City

Bij aankomst in de haven van Ha Tien haalden we ons ontbijt, want we gingen een lange busreis tegemoet en we wisten niet wanneer we zouden stoppen voor een pauze.
Deze bus was een slaapbus. Dit betekent in Vietnam dat er twee hoog stoelen in de bus staan, los van elkaar. Deze stoelen kunnen naar achteren zodat het een bed wordt.

Het duurde zo’n 6 uur voordat we stopten, maar tussendoor kwamen er wel steeds Vietnamese verkopers met snacks de bus in. We probeerden een soort pannenkoek met suiker en rijst, heel lekker. 

Na 1,5 uur op de boot en 10 uur in de nachtbus, kwamen we aan in Saigon.
Saigon wordt ook wel Chi Minh City genoemd.
Op onze bus tickets stond vermeld dat we een gratis transfer hadden naar District 1, waar ons hotel was gelegen. We hadden als tip gekregen om in District 1 een accommodatie te boeken, want dit is de buurt waar de meeste backpackers verblijven.
Uit eindelijk bleek dat we zelf een taxi moesten pakken. We namen een taxi met een andere backpacker, om de kosten te delen.

Het Quoc Minh Hotel was een simpel hotel maar gelegen op een goede locatie, in de drukste straat van District 1.
Eigenlijk was er ook een ontbijt inbegrepen bij onze boeking, maar door de verbouwing op dat moment was dat niet mogelijk.
Die avondboekten we in het hotel voor de volgende dag een tour naar de Cu Chi tunnels. 

De volgende ochtend gingen we op zoek naar een plek om te ontbijten. We moesten weer even wennen aan de drukte en chaos van de stad.
We vonden een restaurantje via TripAdvisor.
We dronken Vietnamese koffie (aanrader als je van koffie houd!) en een Vietnamese pannenkoek gemaakt van rijstmeel met tofu, taugé en sojasaus. Bij deze traditionele pannenkoek worden er rijstvellen geserveerd om ze in te wikkelen.
De vriendelijke medewerker van het restaurant gaf er gelukkig wel uitleg bij J.
Tijdens het backpacken door Zuidoost-Azië vonden we het leuk om op z’n minst de traditionele gerechten van elk land te proberen.

Na het ontbijt moesten we weer terug naar het hotel omdat we daar opgehaald werden om met de bus naar de Cu Chi tunnels te gaan. Tussendoor haalden we weer een bahn mi voor onderweg, goedkoop en lekker!

De Cu Chi tunnels werden gebruikt door het Vietcong leger tijdens de VietnamoorlogDe guerrilla strijders vochten vanuit deze tunnels tegen de Amerikanen, maar het was ook hun uitvalsbasis om te leven. Er was zelfs een ziekenhuis onder de grond.
Het stelsel is onder de grond dan ook kilometers lang. Het lukte de Amerikanen zelfs met bommen niet om de tunnels op te blazen.
De Vietcong gebruikte boobytraps om de vijand uit te schakelen. Ook deze wapens kun je hier tegenwoordig nog bekijken.

We zaten in een grote groep, maar de gids was goed verstaanbaar door zijn microfoon. 
Kristel mocht in een tunnel gaan staan met het deksel met bladeren als camouflage boven haar hoofd. Dit werd vroeger gebruikt zodat de vijand de ingang van de tunnels niet kon vinden.
Aan het einde van de rondleiding zijn we 80 meter door een tunnel gekropen, wat heel benauwend was.
Na de tour konden we, tegen betaling, schieten met wapens die tijdens de oorlog gebruikt werden. Wij hebben dit niet gedaan, maar door de schoten klonk het alsof we midden in de oorlog zaten.
De tour bij de Cu Chi tunnels was een indrukwekkende ervaring en een van onze highlights tijdens onze backpackreis in Vietnam! 

Op de terugweg kozen we er voor om uit te stappen bij de Ben Thanh Market.
Dit is een overdekte, hippe street food markt. Naast eten en drinken, kun je hier ook terecht voor verse producten en souvenirs.
De locals komen ook naar deze markt om inkopen te doen.

De volgende dag boekten we een tour naar de Mekong Delta, 3 uur rijden vanaf Ho Chi Minh City
De tour begon met een boottocht langs een drijvende markt, waar locals leven en werken op de boten.
Op elke boot stond een bamboe stok met het product er aan dat er op die boot werd verkocht, zoals zoete aardappelen.

Na de boot tocht gingen we naar een dorp. Daar zagen we hoe kokossnoepjes, rijstcrackers en –vellen en popcorn werden gemaakt. Deze producten mochten we proeven en waren ook te koop. 
De volgende stop was bij een fruitgaard. Daar konden we jackfruit, guava, groene mandarijnen en nog een voor ons onbekende fruitsoort proeven.

Na de lunch moesten we wachten totdat het weer vloed werd, omdat het water op dat moment te laag stond om te varen.
Vervolgens werd de groep verdeeld over kleine houten bootjes waarmee we door de mangroves vaarden.
Ten slotte gingen we met de grotere boot nog naar een ander dorp, waar we even op een lokale markt rond konden lopen.

De volgende dag bleven we in Ho Chi Minh City en bezochten we het War Remnants Museum. 
In het museum worden foto’s afgebeeld van tijdens en na de oorlog. De meeste foto’s zijn gemaakt door internationale fotografen. In een aparte ruimte zagen we foto’s van mensen die door het gif Agent Orange, dat tijdens de oorlog door de Amerikanen gebruikt werd, met afwijkingen geboren zijn.
Ook zijn er in het museum veel bommen, kogels, wapens en gevechtsvoertuigen te bekijken.
We kwamen tijdens ons bezoek aan het museum veel over de oorlog te weten en vonden het aansluiten op de ervaring in de Cu Chi tunnels.

Mui Ne

De volgende ochtend vertrokken we met de slaap bus naar Mui Ne, waar we na 4,5 uur reizen aankwamen.
Veel informatie is hier in het Russisch, zoals teksten bij winkeltjes en op menukaarten.

Die avond aten we bij de Dong Vui foodcourt waar verschillende internationale keukens bij elkaar zitten.

Hier hoefden we zelf niet naar de kraampjes toe te gaan, maar er kwam een (Russische) serveerster naar ons toe om onze bestelling op te nemen.
Er hing hier een gezellige sfeer.

De eerste volle dag in Mui Ne huurden we een scooter om de witte zandduinen te bezoeken. Deze duinen bevinden zich op ongeveer 25 kilometer van Mui Ne.

Het plan om de witte zandduinen te bezoeken ging helaas niet door, omdat we door de politie tegen werden gehouden.  De ‘regels’ hadden ze zelfs in het Nederlands bij zich: zonder internationaal rijbewijs kregen we een boete. Ze dreigden met dat we een taxi moesten bellen en dat de scooter werd ingenomen. Uit eindelijk mochten we omkeren, zonder een boete te betalen.

Vervolgens reden we naar de Fairy Stream. Dit is een beekje waar je onderweg tussen de rode zandduinen loopt.
Langs de route staan stalletjes opgesteld, soms deels onder water, waar je iets te drinken kunt kopen.
Aan het einde van het pad kun je even uitrusten bij de waterval voordat je weer terug loopt.
Op de terugweg renden we de steile duinen op, vanaf hier hadden we een mooi uitzicht op de kronkelende beek.

Da Lat

In Mui Ne boekten we de bus tickets naar Da Lat.
Da Lat ligt op 1900 meter hoogte. Gelukkig waren we hier op voorbereidwant we hadden in Ho Chi Minh City een lange broek en een vest gekocht. Tijdens het backpacken in Zuidoost-Azië hadden we tot nu toe nog geen warme kleding nodig gehad.

We bezochten Da Lat om een canyoning tour te doen. Canyoning is het abseilen van watervallen. 

We vergeleken het aanbod van een aantal reisbureaus, aangezien deze hier allemaal canyoning tours aanbieden.
Wij kozen voor een organisatie die niet naar de standaard plek ging waar elke andere organisatie heen ging (drukte) en zij boden als extra activiteit ziplinen aan.

We gingen met een kleine groep van 6 personen met een chauffeur, die ook de foto’s maakte, een gids en nog iemand voor extra hulp op pad. 
We begonnen met oefenen bij een droge afdaling, zonder waterval. De gids gaf voor de afdalingen instructies.
Na het oefenen, gingen we naar de eerste waterval van 15 meter hoog. 
Vervolgens wandelden we door de jungle, richting de tweede afdaling. Dit was weer op een droog stuk.
Toen liepen we meteen door naar afdaling nummer drie: de ‘wasmachine’ waterval.
We moesten een klein stukje zelf afdalen, waarna je los moest laten en langzaam naar beneden ging, onder de waterval door. 
Bij de laatste waterval konden degenen die het wilden een 7 of 11 meter hoge sprong in het water maken.
We eindigden de tour met een lunch met een uitgebreide lunch.
De eerste stappen bovenop de afdaling zijn eigenlijk het meest spannend, als je eenmaal over de rand bent voel je de adrenaline en is het vooral leuk!
De canyoning tour in Da Lat was een van de highlights van onze backpackreis door Zuidoost-Azië!

Onverwachts moesten we een extra nacht in Da Lat blijven, omdat de slaap bussen richting Hoi An vol waren. Er waren geen tweepersoonskamers meer beschikbaar, dus we sliepen voor de eerste keer tijdens onze backpack reis in een slaapzaal. Konden we dat ook weer van onze bucket list afstrepen, ha ha.
De reden dat we eigenlijk altijd een tweepersoonskamer boekten, is dat we voor een bed in een slaapzaal per persoon vaak ongeveer even veel kwijt waren als voor een tweepersoonskamer.

Hoi An

We namen ‘s middags de bus naar Nha Trang, waar we over moesten stappen op een slaap bus naar Hoi An. We reden door een prachtige omgeving, door de bergen. Onderweg zagen we veel watervallen.
Na zo’n 4,5 uur rijden kwamen we aan in Nha Trang. Hier zouden we overstappen op een andere bus.
We konden onze bagage achterlaten bij het kantoor van de busmaatschappij om wat te gaan eten. Er werd gezegd dat we daar, door vertraging met de eerste bus, nog maar een half uur de tijd voor hadden.

Het wachten op de bus duurde natuurlijk weer langer dan er werd gezegd, waardoor we voor niks zo snel hadden gegeten.

Onderweg stopte de bus een paar keer en er werd steeds iets ingeladen. Bij één van de stops kwam de politie er bij en daardoor waren we meteen bang dat de buschauffeur met illegale zaken bezig was.
Gelukkig hebben we ondanks de onrustige rit toch nog kunnen slapen.

De volgende morgen kwamen we om 8 uur eindelijk aan in Hoi An, na een busrit die bijna 13 uur duurde. We waren er inmiddels achter dat backpacken heel wat anders is dan op vakantie gaan!

Het centrum van Hoi An is in tact gebleven tijdens de Vietnamoorlog.
Om het centrum in te komen, moet je een entree betalen. Daarbij krijg je vijf tickets waarmee je vijf van de tweeëntwintig bezienswaardigheden kunt bezoeken, zoals oude huisjes, musea en tempels.
Overal in het centrum hangen lampionnen die het heel sfeervol maken. 
Hoi An zijn staat er ook om bekend als dé plek om kleding op maat te laten maken.

’s Avonds bezochten we de nachtmarkt aan de andere kant van het water, op een eilandje.
We ontdekten een lekkere snack in Hoi An: mango cake. Dit is plakrijst met pinda’s, sesamzaad en bruine suiker. Het heeft de naam gekregen door de vorm, maar er hoort geen mango in te zitten.
Sommige verkopers doen er wel mango in en vragen hier vaak meer geld voor dan de echte verkopers.
Aan de andere kant van het water moet je ook zijn als je ’s avonds laat iets wilt gaan drinken, want het oude centrum gaat al vroeg dicht.

De volgende dag zijn we vroeg naar het oude centrum gefietst om een traditionele show met muziek (Xu Dang Trong) bij te wonen.
We bezochten hierna een oud huisje, maar dit vonden we niet heel bijzonder om te zien. Het draaide daar uiteindelijk weer om de verkoop van souvenirs.

We besloten de omgeving van Hoi An te verkennen, richting het strand. Onderweg zagen we boeren aan het werk en grazende waterbuffels. 

Onze tips voor lokale restaurants in Hoi An:
Moonlight voor verse gerechten van de markt,
Pho Xua voor typische gerechten uit de omgeving,
Phi Banh Mi voor de lekkerste Vietnamese stokbroodjes,
en Nocturnal Artist voor authentiek Vietnamees eten.

Hai Van Pass

We huurden via Motorvina een scooter waar we mee naar Hué konden rijden via de bekende Hai Van PassDit is één van de highlights van Vietnam. 
Onze bagage zou naar hun kantoor in Hué worden gebracht.

We stopten onderweg in Da Nang om iets te drinken, want vanaf daar gingen we de bergen in. We reden door de bergen, tussen de wolken, een prachtige omgeving!

Hué

We stopten bij Thuy Tien, een verlaten waterpark dat zo’n 8 kilometer bij Hué vandaan ligt.
Bij de ingang staat een man die entree vraagt, maar we hadden al gehoord dat dit nep is en we reden door.
Eerst liepen we door het hoofdgebouw en vanaf daar liep een brug naar de glijbanen. 
Vervolgens reden we een stukje verder waar we langs een tribune kwamen.
Het weer was grauw en het regende. Samen met de gedachte in ons hoofd dat hier ook krokodillen zouden zitten maakte het weer het een enge plek om rond te lopen.

In Hué wilden we eigenlijk De Verboden Stad bezoeken, maar Franklin had gehoord dat het niet een bijzondere bezienswaardigheid was en we wilden eigenlijk wel even uitrusten van de scooter rit, dus we sloegen dit over.

In het stadje  Hué reden we eerst langs het treinstation om tickets te boeken voor de volgende avond naar Ninh Binh. Die trein reis duurt ongeveer 12 uur. We kozen voor een soft sleeper en twee bedden onder elkaar.
De trein is prijziger dan de bus, maar we bespaarden er een nacht in een accommodatie mee en we hoopten in de trein beter te kunnen slapen. We waren wel aan het backpacken in Vietnam, maar onze nachtrust vinden we ook belangrijk.

Tam Coc via Ninh Binh

In de trein hadden we allebei een zacht kussen een dikke deken. We deelden onze wagon met twee Vietnamese mannen, die allebei lagen te snurken, en een kakkerlak die we uit het zicht waren verloren.
Uiteindelijk hebben we toch redelijk goed geslapen.

Aangekomen in Ninh Binh bestelden we een taxi naar Tam Coc samen met een stel andere backpackers.
We verbleven bij Tam Coc River Homestay, waar we een tweepersoonskamer inclusief ontbijt en twee fietsen tot onze beschikking hadden.

We bezochten Tam Coc voornamelijk om de karstbergen te bekijken.
Het bleef maar regenen toen we in hier waren, dus we besloten met een paraplu boven ons hoofd en een poncho aan een bootje te huren om door de bergen te varen.
Je kunt met maximaal twee personen in zo’n bootje, die door Vietnamezen met hun voeten bestuurd worden.
Het landschap leek wel gemaakt, zo mooi was het.

De volgende dag regende het nog steeds, maar we besloten toch te gaan fietsen naar een uitkijkpunt bij Hang Mua.
Helemaal doorgeregend kwamen we daar aan en toen moesten we nog een trap op. Het was een pittige klim, maar het uitzicht was de moeite waard en er waren nauwelijks andere reizigers.

Voor lunch- en diner gingen we steeds naar Minh Toan Father Cooking, dat tijdens ons verblijf daar het enige restaurant was dat binnen ons backpackers budget viel.

Hanoi

In Tam Coc werden we met een mini bus opgehaald om naar Hanoi te gaan.
Na 2,5 uur rijden kwamen we aan in de drukke wijk Old QuarterOns hostel zat hier maar op 10 minuten lopen bij vandaan.
We moesten in de stad weer uit kijken voor de scooters die ons bijna omver reden, op de stoep konden we niet lopen, want die stonden vol met eetstalletjes en scooters.

De eerste avond aten wij bij een lokaal restaurantje genaamd Banana Tree, waar we gerechten uit Hanoi deelden. 
Na het eten liepen we naar het Hoan Kiem meer, wat er uit zag als in een sprookje.
De gebouwen om het meer heen zijn ’s avonds verlicht  en overal om je heen is wel iets te zien: gitaristen, schilders, jongeren aan het voetballen met een soort shuttle.

De volgende dag liepen we naar de Hao Lo gevangenis. Met een studentenkaart krijg je hier korting op het entree ticket.
Het museum was heel boeiend en er was niet te veel informatie zoals bij het oorlogsmuseum in Ho Chi Minh.
De communistische strijders werden hier gevangen gehouden. Later hielden ze hier Amerikaanse piloten uit het leger gevangen.
Wij vonden het bizar om te zien dat de Vietnamezen de Amerikanen zo goed behandelden, terwijl zij hun familie en landgenoten hebben gedood en hun land plat hebben gebombardeerd.

De volgende dag bezochten we het mausoleum van Ho Chi Minh
Er stond veel beveiliging om de rij in bedwang te houden en ook bij het gebouw waarin Ho Chi Minh ligt was er een strenge handhaving.
Aangekomen in het gebouw, loop je een ronde om de glazen kist. Sommige mensen deden een gebed, maar wij voelden ons hier als backpackers een beetje ongemakkelijk.
Onze tip: Ga doordeweeks of ’s morgens vroeg naar het mausoleum, want toen wij er aan kwamen stond er al een lange rij.

We liepen door naar het paleis. Ho Chi Minh wilde zelf niet in het paleis wonen omdat de Fransen (de vijand) dat hadden neergezet. Hij heeft er daarom een kleiner huis naast laten bouwen.
We konden zien waar hij de gasten ontving, waar hij sliep en de auto’s waar hij in rond gereden werd bekijken. Ook konden we de tuin bezoeken waar Ho Chi Minh vroeger zijn gymoefeningen deed.

Na het bezoek aan het mausoleum waren we toe aan een verfrissend drankje. We kwamen uit bij Cong Caphe, waar we heerlijke ijskoffie geblend met kokosmelk dronken.
Je kunt in Hanoi een street food tour doen, maar wij hielden onze eigen tour.

Bij terugkomst in het centrum boekten we tickets voor de slaap bus naar Sapa.
We sloten ons bezoek aan Hanoi af met een Ha Noi biertje.

Ta Van via Sapa

De volgende avond vertrokken we om 10 uur naar Sapa, waar we rond 5 uur in de morgen aan zouden komen.
Toen we ’s morgens vroeg in Sapa aan kwamen, liet de bus chauffeur het licht uit, zodat iedereen door kon slapen, want het was pas 4 uur ’s morgens.
Wij waren allebei al wakker, dus we wilden graag richting onze homestay in Ta Van.

Vanuit Sapa namen we een taxi naar het dorpje, dat zo’n 8 kilometer bij Sapa vandaan ligt.
We verbleven in Miku Chill House. Eerst een paar uur bij slapen!
De homestay was heel knus en de familie erg behulpzaam.
Op een bord stonden de tijden aangegeven waarop ze zelf aten en tegen betaling konden we met hen mee eten.
Ook boden ze trekkingstochten door de bergen aan.

De eerste dag in Ta Van zijn we zelf op pad gegaan.
Er waren een aantal wandelingen in de omgeving die we zonder gids konden doen. Dankzij het backpacken in Zuidoost-Azië waren we inmiddels wel gewend om langere afstanden te lopen.
We liepen een route van 1,5 uur naar een waterval en weer terug.

De volgende dag gingen we op een halve dag (5 uur) op trekkingstocht met de oma van de familie als gids.
We deden de tocht samen met een ander stel, waarvan de vrouw een Vietnamese was. Sommige stukken waren bergopwaarts en best wel zwaar! Onderweg bezochten we dorpjes en scholen. 
Na 3,5 uur wandelen stopten we voor de lunch in een restaurant waar andere gidsen ook stopten met hun groep. De lunch was heel uitgebreid en het was heerlijk Vietnamees eten.
Anderhalf uur later kwamen we moe maar voldaan terug bij de homestay.

Die avond aten we hot pot mee met de familie. Dit is een soort chinees fonduen.
We mochten mee naar de tuin om de groenten voor de maaltijd te plukken.
Toen we weer binnen op de kamer waren, hoorden we luide geluiden en zagen we de eigenaar van de homestay met één van hun kippen voorbij komen.
Drie keer raden wat we die avond voorgeschoteld kregen… 

De man des huizes at zelfs de nagels van de kip (knagend) op, brrr.
Kristel bedankte vriendelijk en gaf aan dat ze het niet wilde eten, ondanks dat ze mede voor ons de kip hadden geslacht. Dit was geen probleem en ze kreeg even later gebakken rijst.

Later op de avond kregen we ‘happy water’ uit Sapa. Dit lijkt een beetje op glühwein, met verse gember, appel, sinaasappel en kaneel en 40% alcohol.
Volgens de gastheer krijg je de volgende dag geen kater van dit drankje.
Voor de zekerheid hielden we het bij één glaasje, want de volgende dag stond er weer een lange dag reizen op de planning.
Wij vonden het slapen bij een lokale homestay en hiken tussen de rijstvelden van Ta Van één van de highlights van Vietnam.

Na het backpacken door Vietnam, vervolgden we onze route richting Sri Lanka.

Als je nog meer tips voor een backpackreis door Vietnam wilt of vragen hebt, laat dan hieronder een reactie achter, stuur ons een bericht via Instagram @wanderlovers.nl of stuur een mail naar info@wanderlovers.nl

1 gedachte over “Backpacken in Vietnam: onze tips + highlights voor een backpack route door Vietnam”

  1. Goededag,

    Ik reis zelf met Flowreizen, een reis organisatie voor mensen met een verstandelijke beperking, ik ben helemaal weg van reizen, ik zou graag willen leren reizen/backpacken met een aantal mensen de wereld verkennen. Kunnen jullie mij wat bieden?

    Gr. Jelle Stapper

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *